Vrijheid van meningsuiting: soms een risico?
Door: Ewout Klei
Pim
De opkomst en ondergang van Pim Fortuyn en de verwikkelingen rond de satires over het koningshuis hebben de vraag opgeworpen hoever de vrijheid van meningsuiting gaat. Mag alles gezegd worden of zijn er grenzen aan vrijheid van meningsuiting? In de geest van A. Th. Van Deursen, de grote historicus, zal ik deze actuele problematiek bespreken met een kleine knipoog naar de geschiedenis.
Ik heb het vaak over Fortuyn omdat ik een grote fascinatie voor hem heb. Niet voor zijn ideeën, het merendeel vind ik zelfs verwerpelijk, maar voor zijn stijl. Fortuyn wist zaken op de politieke agenda te zetten waar Den Haag anders nooit op een realistische manier naar gekeken zou hebben, namelijk het minderhedenvraagstuk. Ook de discussie over politieke vernieuwing heeft dankzij Fortuyn een enorme impuls gekregen. Ik denk niet dat de grote partijen (behalve D66) de noodzaak van democratisering hadden ingezien als Fortuyn er niet was. Dat is allemaal positief. Het fenomeen Fortuyn heeft echter ook negatieve kanten en omdat ik in dit artikel toch een beetje de schijn van objectiviteit wil bewaren zal ik daar nu op in gaan.
Theo
De kranten waar lange tijd, zo leek het, een kleine elitaire linkse club het voor het zeggen had worden nu, zo lijkt het, overspoeld door rechtse propaganda. En dan heb ik het niet alleen over de soms vermakelijke maar hyperbevooroordeelde Elsevier. Nee, de Metro, vier jaar geleden akelig links omdat er in de krant allerlei ingezonden brieven werden gepubliceerd van Turkse Nederlanders die beweerden dat er in 1916 geen genocide op 2 miljoen Armeniërs had plaatsgevonden, staat nu vol met rechtse columns van Theo van Gogh. Die man argumenteert niet eens! Ergerniswekkend gewoon. En wat en bijval dat zijn mening krijgt. De eens zo politiek correcte Metro staat nu vol met brieven van zeg maar de man in de straat die al zijn ongenoegen op de allochtonen, asielzoekers, Turken, Marokkanen, moslims en fundamentalisten projecteert die in zijn ogen synoniem voor hetzelfde zijn. Vroeger kwam alle ellende van de provo’s en de communisten, nog langer geleden kregen de katholieken en de joden de schuld.
Emile
Een bekend voorbeeld van hoe de journalistiek de publieke opinie negatief kan beïnvloeden is de beruchte Dreyfuss-affaire. Rond 1900 werd de joodse kaptein Dreyfuss oneervol uit het Franse leger ontslagen en naar het duivelseiland verbannen omdat hij voor Duitsland zou hebben gespioneerd. De echte schuldige was iemand anders maar het leger wilde geen eerverlies lijden en hield lange tijd vol dat het Dreyfuss was. Het leger werd daarbij gesteund door veel kranten waarin antisemitische journalisten van alles riepen, zonder ook maar iets te onderbouwen. De beroemde schrijver Emile Zola mengde zich in de strijd en schreef een aantal artikelen en pamfletten waarin hij zei dat Dreyfuss onschuldig was. Hoewel Zola het zwaar te verduren kreeg werd de zaak weer heropend, werd Dreyfuss vrijgelaten en kreeg hij ereherstel.
Tegenwoordig hoeven we niet meer bang te zijn voor antisemitisme. Alleen sommige laagopgeleide islamitische jongeren laten zich hier mee in. De rest van Nederland is nog steeds getraumatiseerd door de Tweede Wereldoorlog. Dankzij deze oorlog die tientallen miljoenen mensen het leven heeft gekost hebben wij Europeanen een trauma opgelopen. We willen dat dit nooit meer gebeurd. Daarom is het zo belangrijk dat op de middelbare scholen veel aandacht voor de Tweede Wereldoorlog. De herinnering aan de verschrikkingen van alle oorlogen is een waarschuwing om niet te ver door te schieten in het verkondigen van een rechtse mening. We kunnen dit misschien verder doortrekken en het algemeniseren: absolute vrijheid van meningsuiting die geen rekening houdt met de meningen en de belangen van de ander is gevaarlijk. De slechtheid van de mens, niet als dogma maar als iets wat historisch aantoonbaar is, laat ons zien waartoe de mens in staat is.
Afweging
Dit is allemaal wel leuk en aardig maar bedoel ik hiermee dat niets mag? Nee, volstrekt niet! Rekening houden met de meningen van anderen is heel wat anders dan je onderwerpen aan het keurslijf van de overheersende mening. In dit opzicht kunnen we het fenomeen Fortuyn denk ik ook beter beoordelen. Het was goed dat Fortuyn als de tweede wekker van de Nederlandse natie het Volk van Nederland heeft wakker geschud en het heilige huisje politieke correctheid omver geworpen heeft. Maar als het keurslijf is verdwenen betekent dat niet dat nu alles is toegestaan. In het debat over minderheden willen we niet meer slaap worden gesust door een paternalistische linkse elite maar het met modder gooien wat nu dikwijls gebeurd is het andere uiterste.
Conclusie
Misschien is het daarom goed dat we aan journalisten en opiniemakers weer vertellen dat ze moeten komen met feiten, met argumentatie en met nuance maar dat ze echt niet meer terug hoeven naar de tijd waarin links elitaire arrogantie en paternalisme de boventoon voerden. Af en toe is er een Pim Fotuyn nodig. Maar als het moddergooien door blijft gaan hoop ik dat er snel een nieuwe Emile Zola opstaat.
Zeg Klay, nooit van SIC gehoord? :) Zou een prima artikel zijn
Idd zeg, zo'n lange lap tekst in een post is bijna niet te doen, maar wel als het in SiC vorm verschijnt.
Waarom post je het hier eigenlijk? Is het de bedoeling om over de vrijheid van meningsuiting te discussiëren?
In de sic staat al veel te veel van mij, dit stukje heb ik een uur getikt (in de trein op weg van Groningen naar Zwolle) en op het forum wordt te weinig serieus gediscussieerd (althans, dat is mijn indruk). De vrijheid van meningsuiting wil ik inderdaad bediscussieren. Ik denk dat de vrijheid van meningsuiting een hoog goed is maar dat er soms misbruik van wordt gemaakt. Je hebt een bepaalde verantwoordelijkheid. Ik vind dat lieden als Theo van Gogh en andere rechtse columnisten aan negatieve stemmingmakerij doen. Fortuyn heeft de muren van de gevangenis van politieke correctheid geslecht maar ik heb het idee dat men tegenwoordig te vaak doorschiet. Uit mijn stukje blijkt duidelelijk dat ik wars ben van iedere vorm van paternalisme dus de vrijheid van meningsuiting terugdraaien is het laatste wat ik wil. Ik wil dat men meer verantwoordelijksbesef krijgt.
En linkse columnisten doen niet aan stemmingmakerij? Je moet wel consequent zijn Ewout!
Vrijheid van meningsuiting houdt in dat iedereen mag zeggen wat hij wil. Ik mag kiezen of ik iets lees of niet. Als ik iets stom vind, lees ik het niet. Zo lees ik wel het NRC, maar niet de Volkskrant....
Tuurlijk zijn communisten vervelend maar die schrijven geen columns. Alleen Elsbeth Etty van het NRC (ondanks haar mening overigens een tof wijf).
Vriend Klei, ik denk dat ik het wel met je eens ben. De reden waarom er vrijheid van meningsuiting is, is niet in de eerste plaats om iedereen maar te laten zeggen wat hij wil. En daar wordt het nu wel voor gebruikt. Mensen moeten natuurlijk wel stil staan bij wat men zegt en of het niet onnodig anderen kwetst.
Bedankt. Maar als iedereen het hier met mij eens is dan is er geen discussie meer. Waar blijft die Torn nou? :roll:
Vrijheid van meningsuiting is helemaal geen risico, het zijn alleen die kleinburgerlijke geesten die steeds maar overal op lopen te zeiken die een probleem vormen en natuurlijk ook de mensen die dat soort stukken schrijven dat versterkt elkaar alleen maar.
Ik lees altijd met veel plezier op vrijdag de column van Theo alleen maar om te kijken wat zijn trieste brein nu weer voor ziekelijks heeft weten te produceren. vervolgens blader ik meteen door naar de brieven pagina waar allemaal mensen die nooit iets in het NRC zullen plaatsen hun frustraties over buurmannen, buitenlanders en ander gespuis uitten.
Je moet het gewoon zien als uitingen van onze hedendaagse cultuur die vooral wordt gekenmerkt door massificatie, mediacering en schreeuwerige nonsens. Je moet daar gewoon boven staan en met gepast dedain op neerkijken. Mijn tip bij deze, wees vrolijk en drink champagne terwijl de maatschappij aan haar eigen gekrakeel ten onder gaat...!
Vriend Klei schreef:
Oke, Klei, twee vragen:
1) Hoe zie je dit voor je?
2) Wat zou je doen wanneer er een soort nieuwe NSDAP werd opgericht? Mogen dergelijke groeperingen worden verboden (even afgezien van de vraag of dit het gewenste effect zal hebben)?
Hier ben ik het niet mee eens. De vrijheid van het gesproken en geschreven woord moet ten alle tijde gehandhaafd blijven. Het is namelijk essentieel voor het voeren van een discussie. Als ik wil discusseren moet ik kunnen zeggen wat ik denk. Het mag nooit zo zijn dat mensen niet op argumenten ingaan, omdat ze zich gekwetst voelen. Ze ontrekken zich dan aan de discussie. Dit moeten ze niet doen, ze moeten namelijk het kwetsende weerleggen met eigen argumenten. Ik moet in een discussie bijvoorbeeld kunnen zeggen dat veel gereformeerden huichelachtige leugenaars zijn, die er een dubbele moraal op na houden. Het is vervolgens aan mijn tegenstander om dit te weerleggen en niet om zich te verschuilen achter het gegeven dat hij zich gekwetst voelt. Als er geen argumenten genoemd zijn door de ene partij is dat erg makkelijk zijn er wel argumenten dan zal je zelf met tegenargumenten moeten komen.
Ik snap wel waarom Klei met zijn verhaal komt. Hij is namelijk groot voorstander van de vrijheid van meningsuiting, maar ergens in hem knaagt er volgens mij nog een stemmetje. Dit stemmetje heeft moeite met kwetsende opmerkingen. Uiteraard is het niet leuk om voor bijvoorbeeld 'christenhond' of 'minder dan een varken' te worden uitgemaakt. Echter dit moet wel gezegd kunnen worden. Vervolgens is het je taak om met behulp van de rede uit te leggen waarom je als christen geen 'christenhond' bent en als homo 'niet minder dan een varken'.
Kortom: Lang leve het vrije woord! Het is een voorwaarde voor een open discussie.
Ik ben het niet met rik eens. Een discussie kan niet plaatsvinden zonder de vrijheid van meningsuiting, maar discuseren en beledigen is niet het zelfde. Ik denk dat je heel goed een discussie kunt voeren zonder iemand uit te maken voor christenhond of een dergelijke benaming. Aan de vrijheid van meningsuiting zitten wel degelijk grenzen. Er mag namelijk niet gediscrimineerd worden en voor mij zlef is er nog een beperking op mijn recht van vrijheid van meningsuiting. Dat is een morele beperking. Ik vind het niet geoorloofd om mensen met opzet uit te schelden of ongewenste benamingen te geven. :!:
Rik Torn schreef:
Vrijheid van meningsuiting is noodzakelijk voor een discussie. Vervolgens stelt Rik Torn echter dat je daarom alles mag zeggen, en dat je tegenstander dit dan maar moet weerleggen. Het lijkt mij logischer dat degene die beledigende opmerkingen maakt dit moet onderbouwen met argumenten. Een kwetsende opmerking kan dus nooit een goed uitgangspunt zijn van een discussie. Een opmerking als 'een homo is minder dan een varken' kan alleen gemaakt worden als uitgebreid wordt beargumenteerd waarom homo's minder zijn dan andere mensen, waarom varkens lager zijn dan hetero's en waarom homo's dan weer lager staan dan die varkens. Dit lijkt mij een vrij moeilijke taak, en de meeste mensen die dit soort opmerkingen maken zijn hiertoe volgens mij ook niet in staat.
Vervolgens is het natuurlijk nog maar de vraag of het kunnen voeren van een discussie zwaarder weegt dan het beledigen of discrimineren van mensen. Je kunt de vrijheid van meningsuiting niet uitspelen tegen het verbod op discriminatie, maar je kunt misschien wel iets zeggen over de gevolgen wanneer een van beide wordt beperkt. Voor mij zijn de gevolgen van het beperken van het verbod op discriminatie ernstiger dan wanneer de vrijheid van meningsuiting van bepaalde personen soms wat wordt ingeperkt (denk bijvoorbeeld aan een Hitler).
Hoe bedoelen jullie een risico? in de trand van discriminatie?? Want ik kan me goed voorstellen dat je ook wel een fysiek risico loopt, bij het publiek openbaar maken van je mening.
Ik dacht meer aan dat het verkondigen van een bepaalde mening anderen stimuleert tot vervelend gedrag. Als er telkens in de kranten allochtonen beschimpt worden dan denk ik dat de omgang tussen de Nede- en Medelanders er niet beter op wordt.
Paul Cliteur die ook het redactioneel van het Nederlands Dablad heeft gehaald omdat hij met zijn gezever tegen de islam de boel op scherp heeft gezet stopt met het programma Buitenhof.
Cliteur besloot zijn toon in het debat over de islam te matigen. Hij voelt zich bedreigt omdat 'links' hem in de hoek van extreem-rechts zet en van discriminatie beschuldigd. Dat zou 'figuren als Volkert vd G' op verkeerde ideeen kunnen brengen.
Cliteur vindt het van groot belang de islam te bekritiseren. Nu hij daarvan afziet, acht hij ook zijn positie elders in het publieke debat aangetast.
Thijs Wöltgens in De Limburger 20 maart:
Voor Cliteur zijn de westerse waarden een intolerant geloof. Dat geloof roept op tot een heilige oorlog, een kruistocht of een jihad. Wij zijn een racistisch land aan het worden.
Paul Cliteur, NRC, 24 maart:
Ook Marcel van Dam en Piet Grijs (Hugo Brandt Corstius) weten in het debat soms geen maat te houden. Grijs zegt dat het niet erg is als ik onder de tram kom, gezien mijn opvattingen.
Sylvain Ephimenco, Trouw, 25 maart:
Als je genoeg herhaalt dat je tegenstander in het debat een hitleriaanse nazi is, misschien dat er iemand van het kaliber Volkert vd G. op het idee komt om zijn P38 van onder de mottenballen te halen. Exit Cliteur.
En ik heb nog een uitspraak van de AIVD, maar daar wordt Cliteur an sich niet met naam en toenaam genoemd, maar ik begrijp wel dat hij dit op zichzelf projecteerd:
AIVD-rapport, Notitie over jihadrekruten in Nederland, 10 maart:
Te constateren valt dat een groeiend aantal moslims zich door opiniemakers en opinieleiders in het maatschappelijke verkeer onheus bejegend voelt.
Ik vind het erg jammer dat prof. mr. dr. Paul Cliteur (jurist en rechtsfilosoof) tot deze conclusie is gekomen. Elke twee weken genoot ik op zondag van de preken van deze dominee van het liberalisme, die altijd de door mij zo gewaardeerde filosofen als J.S. Mill, Kant en Rawls aanhaalde. Deze academicus wist als wetenschapper kritisch mee te doen aan het maatschappelijk debat, net als bijvoorbeeld Pim Fortuyn, maar ook de bekende filosoof van de Frankfurter Schulle Habermas. Dit zijn de academici die ik waardeer en het is jammer dat Paul Cliteur er nu mee stopt. Ik denk dat hij dit niet vol kan houden, het bloed kruipt immers waar het niet gaan kan. Als echte intelectueel heb je de vrijheid van denken en spreken nodig zoals een mens zuurstof nodig heeft om in leven te blijven. Ik vrees dat hier ook meer achter zit dan wij weten en dat Paul Cliteur te maken heeft gehad met bedreigingen.
Ik zal Cliteur in ieder geval in een brief van harte vragen door te gaan met zijn strijd voor het liberalisme en tegen het fundamentalisme van de Islam.
Bart-Jan Spruyt van de Edmund Burke Stichting is met de dood bedreigd. Hoewel ik zijn mening en die van Cliteur over de islam niet deel vind ik dit veel te ver gaan. Op deze manier mensen de mond snoeren keur ik ten zeerste af.
Maar,
zoals ik al eerder zei vind ik dat vrijheid van meningsuiting gekoppeld moet zijn aan verantwoordelijkheid. Cliteur als intellectueel spreekt zich ietwat genuanceerd uit (hoewel ik denk dat het beter is even te dimmen met kritiek op de islam). Figuren als Geert Wilders en Theo van Gogh echter missen die verantwoordelijkheid en gooien echt met modder. Dit kan nare gevolgen hebben voor het debat.
Mijn eindscriptie-onderzoek, dat hopelijk in augustus afgerond wordt, gaat ook een beetje hierover en is behoorlijk actueel.
De eerste held van van eindscriptie, John Wilkes, is niet vermoord maar werd wel twee keer voor een duel uitgedaagd omdat hij in zijn blad (op satirische wijze weliswaar) in persoonlijke aanval ging en heeft een aanslag ontlopen. Over de tweede held van mijn scriptie, Joan Derk van der Capellen tot den Pol (nu Fortuyn dood is ben ik de enige in Nederland die Derkiaan is, Joan Derk liet zich inspireren door de Engelse politieke filosofie en John Wilkes), zeiden zijn tegenstanders dat hij argumenten gebruikte die er niet toe deden, dat hij hersenschimmen produceerde die hij vervolgens ging bestrijden en het debat tot in den waanzinnige op de spits dreef. Joan Derk overleed gewoon vroeg maar zijn graf werd in 1788, een jaar na de Pruisische restauratie opgeblazen door agresieve Oranjegezinden. Volkert van der G. avant la lettre zeg maar.
Waarde Torn, een wijze les van je leermeester. Iemand om zijn vrije mening bedreigen of doodschieten is natuurlijk vreselijk maar het lijkt er op dat een harde mening verkondigen voor veel beroering kan zorgen.
Je kunt daarom concluderen dat er een verband is tussen het "Ik zeg wat ik denk en doe wat ik zeg" (Capellen noemt dit overigens "Hollandsche vrymoedigheid") en geweld. Door geen blad voor de mond te nemen en de zaken enorm op de spits te drijven roepen figuren als Wilkes, Capellen, Fortuyn, Wilders, Hirsi Ali en Spruyt grote weerstand op. De morele conclusie uit dit historische betoog: denk eerst goed na voordat je wat zegt.